Het onderstaande artikel is eerder gepubliceerd op Expose News Naast de WHO, is ook de VN een grote bedreiging voor ons. Als het plan van de WHO faalt dan is er nog een plan b van de VN. Beiden trachten ze de juridische onderbouwing van een wereldregering er doorheen te drukken. Je vraagt je af van welke planeet de top van de VN komt. Lees hoe bizar haar rechtvaardiging is om ons allemaal onder controle te willen hebben.
Summit of the Future: VN wil landen overhalen zich te onderwerpen aan een wereldregering met de VN aan het roer
Drie documenten waarvan de VN hoopt dat ze over 10 dagen tijdens een top door 193 landen zullen worden aangenomen, zijn niet transparant en gebruiken taal die op meerdere manieren kunt interpreteren.
– Het ‘Pact voor de toekomst‘ (Pact for the Future) verwatert het grote belang van mensenrechten.
– De ‘Verklaring over toekomstige generaties‘ (Declaration on Future Generations) roept vragen op over wie legitiem de belangen van hypothetische toekomstige generaties kan vertegenwoordigen.
– En het ‘Global Digital Compact‘ (Wereldwijd Digitaal Pact) is een poging van de VN om zichzelf in de troon te plaatsen om de digitale revolutie voor alle naties te beheren en te controleren.
Met deze drie documenten stuurt de VN aan op een gecentraliseerd mondiaal bestuur met zichzelf aan het roer.
De Top van de Toekomst, die op 22 en 23 september wordt gehouden, werd geïnitieerd door secretaris-generaal Antonio Guterres met zijn rapport uit 2021 getiteld ‘Our Common Agenda; een agenda om “een nieuwe wereldwijde consensus te smeden over hoe onze toekomst eruit moet zien”.
Het doel van de VN is dat de top het Pact voor de Toekomst goedkeurt met als bijlagen de ‘Verklaring over Toekomstige Generaties’ en het ‘Global Digital Compact’.
Drie nieuwe pacten goed te keuren op de VN-top
De volgende tekst is een samenvatting van een artikel geschreven door David Bell en Thi Thuy Van Dinh en gepubliceerd door het Brownstone Institute. Je kunt het volledige artikel HIER lezen.
Dit is het vierde deel in een serie over de plannen van de Verenigde Naties (VN) en haar organisaties om de agenda van de Top van de Toekomst op te stellen en uit te voeren.
Eerdere artikelen analyseerden de impact van de klimaatagenda op het gezondheidsbeleid, het verraad van de VN aan haar eigen agenda voor de uitroeiing van honger en de ondemocratische methode om voormalige leiders en de rijken te gebruiken om de agenda van de VN te steunen.
In de conceptversie van het ‘Pact voor de toekomst’ beschrijft de VN mondiale crises die vragen om mondiaal bestuur. Maar kunnen we de scriptschrijver vertrouwen die de enige kandidaat is voor die bestuurszetel?
Het vertrouwen in de VN werd ernstig ondermijnd in 2020, toen het beleid van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) – die deel uitmaakt van de VN – leidde tot massale verarming, verlies van onderwijs, kind-huwelijken en stijgende percentages van ziektes die te voorkomen zijn. De reactie was om het virus de schuld te geven, in plaats van de onwetenschappelijke aanpak ervan.
Hoewel de reactie op Covid-19 werd bevolen door nationale leiders, heeft de VN actief de rampzalige one-size-fits-all maatregelen gepusht, waaronder het sluiten van grenzen, het stilleggen van de samenleving, massale vaccinatie en het ontzeggen van toegang tot formeel onderwijs, terwijl de VN tegelijkertijd het censureren van afwijkende meningen stimuleerde.
Terwijl ze deze misdaden tegen de menselijkheid in de doofpot stoppen en verantwoording uit de weg gaan, zijn de VN en de wereldleiders van plan om een set van 3 politieke, niet-bindende documenten goed te keuren:
- ‘Pact for the Future’ (Pact voor de Toekomst)
- ‘Declaration on Future Generations’ (Verklaring over toekomstige generaties)
- ‘Global Digital Compact’ (Wereldwijd Digitaal Pact)
Ze werden allemaal onder een “stille procedure” geplaatst en zouden zonder veel discussie worden goedgekeurd.
Pact voor de Toekomst: Algemene, gulle en hypocriete beloften
De laatste versie van het Pact voor de Toekomst (“Pact”) werd vrijgegeven op 27 augustus 2014. De mede-initiatiefnemers, Duitsland en Namibië, stelden voor om het tot 3 september onder de “stilteprocedure” te plaatsen. Dit betekende dat de tekst zonder bezwaren werd goedgekeurd. Op dit moment is er niet genoeg publieke informatie beschikbaar om te weten of dit is gebeurd.
Paragraaf 9 van de preambule betekent een grote breuk met en een misvatting van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (“UVRM”) en de onderliggende grondbeginselen van de moderne internationale mensenrechtenwetgeving:
Door “duurzame ontwikkeling” en “vrede en veiligheid” gelijk te stellen aan “mensenrechten”, is dit een gevaarlijke weg, zelfs voor een niet-bindende tekst, omdat de mensenrechten hierdoor niet langer van het grootste belang zijn voor de VN en goed bestuur (‘Good governance’- een term voor transparant en de vastgelegde procedures volgend bestuur)
De latere verklaring in paragraaf 13: “Elke toezegging in dit pact is volledig consistent en afgestemd op het internationaal recht, inclusief de mensenrechten-wetgeving” is duidelijk niet consistent. De tegenstrijdigheid hier is ofwel niet bewust gemaakt, of komt voort uit een verkeerde interpretatie van de UVRM.
Het Pact (geschreven overeenkomst tussen landen), met 60 acties gegroepeerd onder verschillende thema’s, staat in contrast met goed geschreven documenten zoals de UVRM. De 29 pagina’s staan vol met generalisaties (soms utopisch) en intern tegenstrijdige verklaringen, waardoor bijna elke toekomstige actie gerechtvaardigd en geprezen kan worden.
Aan de multilaterale tafel gebruikt de VN het verhaal van toekomstige “complexe mondiale schokken” (actie 57), gedefinieerd als “gebeurtenissen die ernstige ontwrichtende en nadelige gevolgen hebben voor een aanzienlijk deel van de landen en de wereldbevolking, en die gevolgen hebben in meerdere sectoren en die een multidimensionale respons vereisen van meerdere belanghebbenden, en van de hele regering en de hele samenleving” (paragraaf 85) om noodplatforms op te richten die zij zal coördineren.
Dit nieuwe narratief van een “multidemensionale wereldwijde respons”, dat tijdens Covid steeds meer aandacht krijgt, kan aantrekkelijk zijn voor leiders die de volledige verantwoordelijkheid uit de weg gaan. Crisismanagement door de VN kan echter vergelijkbaar blijken te zijn met de wijdverspreide lockdowns die we al hebben meegemaakt. En net als de covid-reactie kan het gebaseerd zijn op een misleidende overdrijving van de waarheid, waarbij natuurlijke gebeurtenissen kunnen worden veranderd in tekenen van naderend onheil.
Verklaring over toekomstige generaties: Waarom de noodzaak, voor wie en waarom nu?
Ook de laatste versie van de ‘Verklaring over Toekomstige Generaties’ (“Verklaring”) werd tot 16 augustus in stilte behandeld. Het verzet dat tegen dit ontwerp werd aangetekend, heeft er echter toe geleid dat het met het oog op nieuwe onderhandelingen is herzien.
(Opmerking: In een ‘Kennisgeving en Verklaring over Publieke Participatie‘, zoals opgesteld door Shabnam Palesa Mohamed, die mensen kunnen gebruiken om hun landvertegenwoordigers bij de VN te dienen, staat dat de stilteprocedure over de Verklaring over Toekomstige Generaties is verbroken. De VN heeft echter achtergehouden welke landen bezwaar hebben gemaakt tegen deze Verklaring).
De ontwerpverklaring bevat de VN-narratieven van “dialoog tussen generaties” en “de behoeften en belangen van toekomstige generaties”. Beide lijken erg voor tweeërlei uitleg vatbaar, ondanks het gebruik van aantrekkelijke termen.
Wie kan het verleden, het heden en de toekomst vertegenwoordigen voor de dialoog? Wie beslist over welke dialoog? Welke legitieme acties kunnen worden ondernomen? Bovendien, is het acceptabel om het welzijn van de huidige generaties op te offeren in de naam van het beschermen van de behoeften en belangen van hypothetische toekomstige generaties, wanneer we weinig idee hebben van hun context of behoeften? Wie zijn de toekomstige generaties?
De meesten zullen het ermee eens zijn, zoals mensen altijd al hebben gedaan, dat bouwen aan de toekomst verstandig was, en we doen dit nog steeds. Waarom zouden landen plotseling advies of leiderschap nodig hebben van een gecentraliseerde VN-bureaucratie om hun “toekomstgerichte” beleid te bepalen?
Het is duidelijk dat een VN-afgevaardigde die mensen vertegenwoordigt die nog niet bestaan, niet de legitimiteit heeft van een volmacht van de hypothetische toekomstige generaties die hij/zij zogenaamd vertegenwoordigt.
Het concept van toekomstige generaties was een constructie in de internationale milieuwetgeving. In de Verklaring van de VN-Milieuconferentie (Stockholm, 1972) werd er voor het eerst naar verwezen, in een monumentale breuk met het concept van eigenheid in de hele Universele Rechten van de Mens (UVRM).
Jaren later hebben internationalisten het concept van toekomstige generaties haastig omarmd in meerdere milieu- en ontwikkelingsverdragen. Het is zinvol in sommige specifieke omstandigheden, maar deze goede intentie is snel omgezet in irrationele acties om het basisfunctioneren van de samenleving te controleren.
In de afgelopen decennia zijn er enorme multilaterale (VN) en regionale (EU) inspanningen gedaan om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen ten behoeve van het theoretische toekomstige voordeel van anderen, maar deze hebben de ontwikkeling en het welzijn van veel van de huidige generaties ernstig beperkt, vooral in landen met een laag inkomen.
In het recente verleden waren de verwoestende gevolgen van unilaterale covid maatregelen die aan de wereld werden opgelegd in naam van “het grotere goed” zogenaamd gericht op toekomstige generaties. Maar de gevolgen – het achteruit gaan van onderwijsniveaus en het veroorzaken van nog meer armoede tussen deze en volgende generaties – komt neer op diefstal van toekomstige generaties om de angsten van sommigen in onze huidige generaties te sussen.
Met deze voorbeelden in het achterhoofd moeten alle VN-verklaringen voor “toekomstige generaties” in twijfel worden getrokken, vooral het nieuwe angst aanjagende verhaal van “complexe wereldwijde schokken”.
Global Digital Compact: Een VN-poging om de digitale revolutie te leiden en te controleren
De laatste versie van het Global Digital Compact (“GDC”) van 11 juli werd ook onder stilte geplaatst. Er is geen informatie beschikbaar om te weten of het al dan niet is aangenomen.
Het is een relatief lang document dat slecht doordacht en slecht geschreven is, met meerdere onduidelijke en tegenstrijdige toezeggingen.
Paragraaf 23.d en 28(d) bijvoorbeeld bevatten respectievelijk de toezegging van de staat om ideeën en informatie en de toegang tot het internet niet te beperken. Verschillende andere paragrafen beschrijven echter de “schadelijke gevolgen” van online “haatzaaien”, “verkeerde informatie en desinformatie” en geven aan dat de staat zich inzet om dergelijke informatie binnen en buiten hun grondgebied te bestrijden.
In zo’n diverse wereld, wie bepaalt wat “schade” is, wie “fout” is en wie “goed” is? Als dit alleen wordt overgelaten aan een staat of een supranationale autoriteit, dan is het hele document een oproep tot censuur van elke mening en informatie die niet overeenkomt met de officiële narratieven. Sommige samenlevingen zijn er misschien aan gewend geraakt om onder dergelijke totalitaire omstandigheden te leven, maar is het de rol van de VN om ervoor te zorgen dat we allemaal op deze manier leven?
De GDC dringt er ook op aan dat het VN-systeem wereldwijd een belangrijke en leidende rol gaat spelen op het gebied van kunstmatige intelligentie (“AI”). Het is een duidelijke poging van de VN om controle uit te oefenen, haar visie te injecteren en zichzelf de macht te geven om de digitale revolutie voor elke natie in goede banen te leiden. En de VN slaagt er op de een of andere manier in om de implementatie van de SDG’s te koppelen aan haar vermogen om AI te controleren en te implementeren, en ook bestuur uit te oefenen over het internet, digitale openbare goederen en infrastructuur, en AI.
Conclusie
“Pacten”, ‘Verklaringen’ en ‘Compacten’ hebben geen bindende kracht. Het VN-systeem gebruikt deze vrijwillige teksten vaak om financiering aan te vragen, projecten en programma’s op te zetten en administratieve taakgroepen te ontwikkelen. Ze worden beschouwd als “gentlemen’s agreements” en kunnen als zodanig achteloos worden onderhandeld. Ze vormen echter een gevaarlijke praktijk bij de VN; een in elkaar grijpend netwerk van “zachte wetten” die door de VN snel kunnen worden verhard tot bindende teksten wanneer dat nodig is, zonder dat er veel toezicht nodig is.
Grote bureaucratieën krimpen van nature niet; ze streven naar uitbreiding en lijken onvervangbaar. Hoe meer mensen en teams worden ingezet om het leven van “de mensen” te reguleren, controleren en sturen, hoe minder vrijheid we genieten en hoe meer de wereld lijkt op de totalitaire regimes waar de VN zich zogenaamd tegen verzet.
Verstopt in de diarree van onuitvoerbare woordenstroom van deze teksten, ligt een erkenning van het onvermogen van zowel staten als de VN om de SDG’s tegen 2030 te implementeren. Sommigen zien het onvermogen om de SDG’s te bereiken misschien als een schande (zoals David Bell en Thi Thuy Van Dinh), maar anderen niet.
Belangrijker is dat de teksten taal bevatten die de mensenrechten van na de Tweede Wereldoorlog verzwakt, de soevereiniteit van ‘Wij het Volk’ ondermijnt en de wil van een paar machthebbers heiligt.
Niemand zal de wereldleiders verantwoordelijk houden voor deze beloften, maar ze verbreden de lasten van toekomstige generaties ten gunste van de nieuwe partners en vrienden van het VN-systeem. En zo’n 8 miljard mensen aan de onderkant moeten nog steeds betalen voor een paar technocraten aan de top om ze allemaal te schrijven, te onderhandelen en goed te keuren.