Het Rijksvaccinatieprogramma wordt aangepast.
‘De Gezondheidsraad, ingesteld in 1902, is een adviesorgaan met als taak de regering en het parlement ‘voor te lichten over de stand der wetenschap ten aanzien van vraagstukken op het gebied van de volksgezondheid en het gezondheids(zorg)onderzoek’ (art. 22 Gezondheidswet).’1
In de onderstaande blogpost vindt u de meest recente adviezen met betrekking tot het vaccineren van zwangere vrouwen, die door de gezondheidsraad op 18 December naar buiten zijn gebracht en het RVP ingrijpend gaan veranderen. Wat is ‘de stand der wetenschap’ waarop deze adviezen zijn gebaseerd? Adviezen van de Gezondheidsraad zijn openbaar en we hebben de betreffende rapporten doorgespit in de hoop hierachter te komen.
Voordat we beginnen – is kinkhoest gevaarlijk voor zuigelingen?
• In de periode van 2005 tot 2014 zijn in totaal vijf sterfgevallen van zuigelingen gemeld, drie zuigelingen van 1 maand, één van 2 maanden en één van 10 maanden. Geen van deze zuigelingen was gevaccineerd.
• In 2016 waren er drie sterfgevallen onder nog niet gevaccineerde zuigelingen.
• In de afgelopen 25 jaar is de gemiddelde sterfte door kinkhoest onder zuigelingen één per twee jaar, variërend van nul tot drie per jaar.
• In de periode van 2005 tot 2014 werden 1.279 ziektegevallen gemeld onder kinderen jonger dan 5 maanden, waarbij in 1.020 gevallen een ziekenhuisopname noodzakelijk was.2
Elk sterfgeval is vreselijk, maar de afgelopen 25 jaar is er gelukkig gemiddeld maar één zuigeling per twee jaar overleden aan kinkhoest. Zou het vaccineren van zwangere vrouwen dat terug kunnen brengen? Het is nog maar de vraag.
‘Opvallend hoe voortvarend deze nieuwe vaccinatie ingevoerd gaat worden, want deugdelijk bewijs dat een DKTP-booster op deze manier toegediend zuigelingen behoedt voor complicaties en overlijden, ontbreekt.’2
Advies Gezondheidsraad 18 december voor zwangeren
‘Vanaf 2019 wordt aan zwangere vrouwen vaccinatie tegen kinkhoest aangeboden. Als een moeder gevaccineerd is, is haar kind vanaf de geboorte ook beschermd. Daardoor kan de eerste vaccinatie worden uitgesteld en het aantal doses worden verminderd van drie naar twee.’1
In de praktijk betekent dit advies dat het huidige vaccinatieschema waarbij de baby’s met 2, 3, 4 en 11 maanden het DKTP-vaccin krijgen toegediend, zal worden vervangen door een schema waarbij de baby’s met 3, 5 en 11 maanden worden gevaccineerd. Voor de baby’s die al geboren zijn dus een vaccin minder, maar met het vaccineren van zwangere vrouwen zijn we ongemerkt begonnen met het vaccineren van ongeboren baby’s. Kleven daar risico’s aan? Waarom wil men überhaupt zwangere vrouwen vaccineren?
De gebrekkige werking van het kinkhoestvaccin
Het kinkhoestvaccin is het zorgenkind van het RVP. Er wordt nu al jarenlang geconstateerd dat de ‘bescherming’ door dit vaccin niet ‘optimaal’ is. De geschiedenis van een slecht werkend vaccin:
• 1999: Baby’s worden een maand eerder gevaccineerd (eerste inenting met 2 maanden)
• 2001: Kinderen krijgen op 4-jarige leeftijd een extra vaccinatie
• 2005: Het cellulaire kinkhoestvaccin (bevat hele, gedode, bacteriën) is vervangen door een a-cellulair vaccin (bevat gezuiverde stukjes van de bacterie)3
Misschien moeten we erkennen dat het risico van de ziekte beperkt is, evenals de werking van het vaccin.
Misschien moeten we gewoon stoppen met dit vaccin. Maar nee, in plaats daarvan start de overheid met een nieuw experiment.
‘Kinkhoestvaccin’ voor zwangeren = DKTP voor de foetus?
En er bestaat géén los kinkhoestvaccin. Zwangere vrouwen die het ‘kinkhoestvaccin’ krijgen worden geïnjecteerd met ‘boosterix’, een vaccin tegen difterie, kinkhoest, tetanus en polio (DKTP) – en de foetus wordt dus mee gevaccineerd tegen vier gevaarlijke ziektes.
Het immuunsysteem van een baby van twee maanden is niet in staat om ‘voldoende’ antilichamen aan te maken. De reden dat tot nu toe precies dezelfde prik die op 2 maanden wordt gegeven, nogmaals te geven met 3 maanden en zelfs nog een keer met 4 maanden, is dat dit noodzakelijk is om immuniteit ‘op te bouwen’.
De gedachtegang van het vaccineren van zwangere vrouwen is waarschijnlijk dat het immuunsysteem van de moeder wel in staat is om antilichamen aan te maken, en dat haar antilichamen de baby de eerste drie maanden van zijn of haar leven beschermen. In de natuur geeft de moeder immers ook de antilichamen via de borstvoeding door (als zij tenminste de ziekte zelf doorgemaakt heeft – antilichamen opgebouwd als reactie op vaccins zijn meestal na een tiental jaren niet meer in haar lichaam aanwezig). En dan pakt de baby met 3 maanden de draad op? Een logische gedachtegang, ware het niet dat er een addertje onder het gras zit, want het gaat niet alleen om antilichamen die worden doorgegeven.
Zwangere vrouwen vaccineren staat gelijk aan het blootstellen van de ongeboren vrucht aan alle inhoudsstoffen van vaccins die via de placenta de foetus binnenstromen. De ongeboren vrucht is uiterst kwetsbaar, en blootstelling aan chemische stoffen kan desastreuze gevolgen hebben. Dat hebben we gezien bij ‘Softenon-baby’s’. Kindertjes met onvolgroeide armpjes en beentjes; veroorzaakt door het slaapmiddel thalidomide dat door hun nietsvermoedende moeders tijdens de zwangerschap is geslikt.4
De (ontbrekende) wetenschap
Is er bewezen dat het veilig is om ongeboren baby’s bloot te stellen aan een combi vaccin?
Het advies van de gezondheidsraad gaat uitsluitend over het aanpassen van het vaccinatieschema. De veiligheid met betrekking tot het vaccineren zwangere vrouwen en de wetenschappelijke onderbouwing daarvan komt helemaal niet aan bod? In het rapport van 2018 staat:
‘De commissie is nagegaan of de voordelen van een aangepast vaccinatieschema opwegen tegen de nadelen. Dat is het geval voor kinderen van wie de moeder is gevaccineerd tegen kinkhoest.’1
Over de veiligheid rapporteert de Gezondheidsraad:
‘Normaalgesproken beoordeelt de commissie bij advisering over vaccinaties of er sprake is van een aanmerkelijke ziektelast en of vaccinatie werkzaam, effectief, veilig, aanvaardbaar en doelmatig (kosteneffectief) is. Aangezien dit advies gaat om een aanpassing van het vaccinatieschema, en niet om een nieuwe vaccinatie, heeft de commissie alleen de daarvoor relevante criteria getoetst:
• (mogelijke) ziektelast als gevolg van de wijziging;
• werkzaamheid en effectiviteit;
• aanvaardbaarheid.De andere criteria zijn buiten beschouwing gelaten. Wel beschrijft de commissie de gevolgen voor de kosten van het vaccinatieprogramma.’1
Met andere woorden: de Gezondheidsraad heeft de veiligheid niet onderzocht.
Het voorzorgsprincipe
Als er niet bewezen kan worden dat een bepaalde medische handeling veilig is, treedt het voorzorgsprincipe in werking.
‘Het voorzorgsprincipe is een moreel en politiek principe dat stelt dat als een ingreep of een beleidsmaatregel ernstige of onomkeerbare schade kan veroorzaken aan de samenleving of het milieu, de bewijslast ligt bij de voorstanders van de ingreep of de maatregel als er geen wetenschappelijke consensus bestaat over de toekomstige schade. Het voorzorgsprincipe is vooral van toepassing in de gezondheidszorg en het milieu; het gaat daar in beide gevallen over complexe systemen waar ingrepen resulteren in onvoorspelbare effecten.’ – Wikipedia5
Waarom wordt het voorzorgsprincipe niet gehanteerd met betrekking tot het vaccineren van zwangere vrouwen?
Onenigheid
Er is onenigheid ontstaan over de invoering van het kinkhoestvaccin tijdens de zwangerschap. Het Geneesmiddelenbulletin, een vakblad voor medici, stelt vragen bij het advies van de Gezondheidsraad.
‘Het Geneesmiddelenbulletin en het RIVM zijn het niet eens met elkaar over de invoering van de kinkhoestvaccinatie tijdens de zwangerschap. Voorbarig, die invoering in 2019, zegt apotheker Marielle Nieuwhof in het Geneesmiddelenbulletin (Ge-Bu). Nee hoor, antwoordt het RIVM, er is genoeg wetenschappelijk bewijs dat men hiermee baby’s effectief beschermt tegen kinkhoest en de complicaties daarvan.’6
Voorlopig betreft de ‘onenigheid’ de werkzaamheid en niet de veiligheid.
‘In het stuk van Ge-Bu staat beschreven dat de effectiviteit van de derdetermijnsvaccinatie als het gaat om het voorkomen van kinkhoest bij kinderen slechts is aangetoond in ‘casecontrolonderzoek met beperkte bewijskracht’. Volgens Nieuwhof is er geen bewijs dat complicaties en sterfgevallen bij zuigelingen onder de twee maanden worden voorkomen’.6
‘Het RIVM reageert in een artikel met de boodschap dat er wel degelijk voldoende bewijs is voor de werkzaamheid van de vaccinatie. Hierbij wordt verwezen naar casecontrol- en cohortstudies. De werkzaamheid bij baby’s jonger dan twee tot drie maanden zou tussen 69 en 91 procent variëren. Als kinderen van gevaccineerde moeders toch kinkhoest kregen, zou deze minder heftig en gecompliceerd verlopen dan bij kinderen van ongevaccineerde moeders.’6
‘Onenigheid over de werkzaamheid van vaccinaties komt onhandig uit, gezien de felle discussie die momenteel woedt over het nut en de veiligheid van vaccins.’6
Eerlijk gezegd vinden wij het onbegrijpelijk dat de gevestigde orde zo nonchalant is wat betreft de veiligheidV
Zwangere vrouwen pas toch op!
De website van de Stichting Vaccinvrij is uitgebreid met een pagina voor zwangere vrouwen. Wij raden aanstaande moeders dringend aan om de lezingen van de Amerikaanse arts, Suzanne Humphries over vaccins tijdens de zwangerschap te bekijken. Alles wat zij zegt onderbouwt zij op een overtuigende manier met wetenschappelijk onderzoek.
Aanstaande moeders, pas op alstublieft. We leven in een rare wereld. De gezondheid van uw baby wordt al bedreigd in de baarmoeder.
Bronnen
1. https://www.gezondheidsraad.nl/documenten/adviezen/2018/12/18/maternale-kinkhoestvaccinatie
2. https://www.ge-bu.nl/artikel/kinkhoestvaccinatie-voor-zwangere-vrouwen?
3. https://www.rivm.nl/nieuws/zorgen-over-kinkhoest-ondanks-aanpassingen-vaccinatie
4. https://https://isgeschiedenis.nl/nieuws/historisch-schandaal-de-softenon-babys
5. https://nl.wikipedia.org/wiki/Voorzorgsprincipe
6. https://www.medischcontact.nl/nieuws/laatste-nieuws/artikel/-onenigheid-over-kinkhoestvaccinatie-zwangeren-.htm
Over de auteurs
Ellen Vader verzamelt en verspreidt informatie over vaccins en aan vaccingerelateerde onderwerpen.
Door Frankema is moeder van twee ongevaccineerde, inmiddels volwassen kinderen, schrijfster van het boek: ‘Vaccinvrij – ouders, artsen en wetenschappers over vaccins en vaccinvrij opgroeien’, en initiatiefneemster van de Stichting Vaccinvrij